[Hoofdmenu| Fietsenstalling| Wielerparcours| Discussiehoek| Mountain Biking| Gastenboek]

Per Kwantum fiets de Himalaya in.

De Kwantum fiets
Een verhaal van Henk Vos

Dag 1.

Op New Delhi Airport aangekomen met mijn SpikSplinterNieuwe Kwantumhallen fiets. Allereerst wat bijzonderheden over mijn uitrusting:
Merk fiets:Ranger
Uiterlijk:Zwart met disco stippels, Ossekop stuur
Versnelling:Shimano SIS, 18
Prijs:f 349,-
Reserve onderdelen:geen
Periode:juli-augustus 1994
Fietservaring:0,0
Training:geen
Bagage:een rugzakje, wat kleding, bandenplak, fietspomp, fototoestel, electrische tandenborstel, credit card en 300 US$.
Plan 1: Kashmir/Ladakh, doel onbekend
Plan 2: De Ganges afzakken tot Benares, of verder

Na de nodige inreisformaliteiten haal ik de fiets op bij de transportband. De Indiase douane informeert beleefd naar de inhoud van de grote doos. 'Bicycle Sir', 'OK! go!'. Ik zoek naar wat reisgenoten om een taxi te delen naar het centrum. Zo gevonden en met z'n 4-en reizen we per taxi naar de Main Bazar, Pahar Ganj, waar we rond half 3 in hotel Star Palace inchecken. Kon slechter. Na het inchecken nog even rondgelopen over de MainBazar, waar rond deze tijd zelfs nog wat te beleven is. Mijn taxi- en hotelgenoten komen uit Amsterdam en Groningen. We schuiven bij een clubje Europeanen aan, we drinken nog wat. Ik verdenk onze tafelgenoten ervan hier al geruime tijd te verblijven. Men zingt klassieke Bob Marley hits, het is rond de 32 graden en de vochtigheidsgraad is hoog.

Dag 2.

Geslapen tot 1 uur, ontbeten op het dakterras van StarPalace met de taxigenoten. Wat rondgelopen in de stad, het is moesson dus het regent de hele dag. De fiets staat op m'n kamer in de doos en daar blijft ie vandaag staan. Plan 2, de Ganges afzakken, begint me wat zorgen te baren wegens de voortdurende regen.

Dag 3

De Groningse dames zijn vertrokken richting Agra, ik heb de fiets vandaag uitgepakt en ga een proefrondje fietsen. Geweldige chaos. Overal riksja's en scooters. Het blijft maar regenen. Koeiedrek in m'n nek, spatborden heb ki niet. Als ik stop op de fiets staan er gelijk vijftig belangstellenden om me heen. In India heb je 2 merken: Hero en Atlas en van een 'Ranger' hebben ze nog nooit gehoord, die kennen ze niet. Hun Hero's en Atlassen hebben het meeste weg van een zeer antieke BSA fiets, met optrekremmen op de velgen, alles zeer zwaar en solide uitgevoerd. De meest gestelde vragen over mijn vervoermiddel zijn over het aantal versnellingen (18 ?? how many backwards?) , het aan het frame vastgemonteerde spriraalvormige slot, waar de sleutel insteekt (ignition?), de bidon (petrol? oil?) en natuurlijk de prijs. Zelfs mijn Kwantum Ranger is voor Indiase begrippen een peperdure kar, daar koop je in India bijna een tweedehands scooter voor. Een spiksplinternieuwe Hero of Atlas kost rond de 100 piek.
Ze knijpen graag eens in de remmen en frommelen wat aan de versnellingen. De tandwielen worden nauwgezet geteld, vooral versnellingen op een fiets fascineert hen. Ik voel mee met de riksja rijder, die ik een klas schoolkindertjes de spoorbrug op zie fietsen. Ik telde er 20, maar het waren er vast meer. Ik fiets maar wat rond in de stad om een beetje aan de chaos te wennen. Het wordt een sport om snel bij de stoplichten weg te speren en via allerlei gaatjes in de verkeersdrukte m'n weg te vinden . Maar ik heb versnellingen en geen 20 kinderen achterop. Ik fiets voor de grap, voor hun is het een bloedserieuze zaak. Zij wonen in hun riksja, ze slapen er 's nachts ook in. Definitief stap ik af van plan 2.
Ik probeer op Delhi Central een trein ticket te bemachtigen naar Jammu, in Noord India. Het lukt niet. Met mijn Amsterdamse hotelgenoot eet ik 's avonds heerlijk in United Coffee House op Connaught Circus.

Dag 4

De Amsterdammer vertelde me tijdens ons diner de vorige avond dat hij eveneens zou vertrekken naar Srinagar, mijn Plan 2 eigenlijk. Hij was erin geslaagd op de 'chance-list' van Indian Airlines gezet te worden, vertelde hij trots. Maar hij was dus vertokken en voor mij wordt het ook tijd om uit Delhi te vertrekken. Deze ochtend boek ik een busreis naar Srinagar en vertrek vanavond. De fiets kan mee op het dak van de bus. Om 6 uur 's avonds meld ik me op het 'kantoor' van de bus-company. Helaas was de bus er nog niet, maar word ik per scooter-riksha met fiets en al naar een plek in NewDelhi gebracht waar een andere bus zal vertrekken. Voor 'special attention', het op de bus monteren, betaal ik graag de 50 Rs. De bus ziet er heel wat ouder uit dan op de foto die ik in het reisbureau waar ik deze reis geboekt had. Daar zag ik een foto van een splinternieuwe spierwitte VIP-coach, maar dit was een afgeragde bak.

Dag 5

De hele nacht in de bus, de moesson is ook binnen in de bus voelbaar. Het water komt met bakken tegelijk naar binnen. Sommige mensen verschuilen zich onder een stuk plastic, of steken een paraplu op. Of worden gewoon nat, zoals ik. Vanaf Jammu gaat het geleidelijk aan stijgen en wordt het steeds groener. De rest van de dag in de bus. Ik zie veel apen langs de kant van de weg. Rond acht uur stoppen we omdat de tunnel vlak voor Srinagar 's nachts dicht is.

Dag 6

In Srinagar aangekomen. Circa 10 kilometer voordat de bus de stad inrijdt word ik uit de bus geplukt door een persoon, verbonden aan het arrangement dat ik had geboekt in New Delhi. Met een taxi gaat het verder naar Srinagar. Met de Amsterdammer had ik een afspraak gemaakt om elkaar rond 11 uur te ontmoeten. Zo laat is het nog niet, dus ik check in op de 'Royal Star', een uit tropisch hardhout opgetrokken woonboot. Dat ziet er absoluut niet verkeerd uit. De aanwezige Spaanse gasten vertrekken juist en ik blijf als enige gast over. Ik laat mn rugzak en fiets achter en ga per shikara (een roeiboot) terug naar de vaste wal, om m'n afspraak met de Amsterdammer na te komen. Om precies 11 uur treffen we elkaar bij het Tibetan Restaurant, dat overigens gesloten blijkt. We drinken thee op zijn boot, de 'Silver Jubilee'. We lopen wat door de stad, het lijkt wel oorlog. Op elke straathoek een militaire post, compleet met zandzakken, camouflagenet en mitrailleur. De Amsterdammer boekt een vliegtuig naar Leh voor over twee dagen. Ik ga terug naar de Royal Star, want het is etenstijd. De Amsterdammer komt 's avonds op bezoek. Zelf roeiend in een shikara komt hij aan, vertrekt om half tien. Ik doezel nog wat na op het balkon, en even na tienen een enorme explosie. Daarna mitrailleurvuur. Duurt een kwartier, dan stil. Ik vraag eigenaar van Royal Star wat er aan de hand is. 'Trouble, no good'. Ik ga maar slapen want ik ben nog doodop van de busreis.

Dag 7

Prima gepit, met de Amsterdammer koffie gedronken. Door de stad gewandeld. Overal soldaten, zandzakken en geweren. Ik ontmoet een Kashmirse 'mountainbiker' zonder versnelling. Hij, nodigt ons uit voor de thee bij hem thuis en praten over politiek en de zin en de onzin van het leven.
Het is hier niet pluis, is mijn conclusie. Maar ik was er nou eenmaal en terugaan was even riskant als doorgaan. Dan maar doorgaan. Ik maak een afspraak met hem, de volgende dag in het park. Hij neemt wat vrienden en vriendinnen mee. 's Avonds weer raketten en mitrailleurs. Het duurde langer dan gisteren.

Dag 8

Naar het park, Moghul Gardens gefietst. Kwam de Mountainbiker pas tegen toen ik net op het punt stond om weg te gaan. Hij fietst wat op mijn fiets en vindt hem te gek. 's Avonds blijft het rustig.

Dag 9

Het wordt tijd om te vertrekken, maar eerst moet ik nog wat trainen. Ik fiets naar het radio station op een berg van ongeveer 700 meter boven Srinagar. Dat lukt goed, dus ik ben getraind. Ik besluit de volgende dag te vetrekken, in de richting van Leh, de hoofdstad van Ladakh op ongeveer 450 km van Srinagar naar het oosten.

Dit is de route die ik ga volgen:

Dag 10

Doel: Sonamarg(84 km)
Vertrokken, heel vroeg. Ik verdwaal in de Kahmir vallei, ondanks mijn detail kaart. Ik rijd enorm om, over blubber paadjes. Ik rijd een dorp in, waar ik word aangesproken door wat mensen. Ze wilden praten over politiek. Over de Idealen die ze hadden. Ik was geen partij in hun conflict, zei ik, en was blij toen ze me lieten gaan. Niet voordat ik een donatie in de extremistenkas had gedaan weliswaar. Mijn detailkaart van de Kashmir vallei, die ik op m'n bagagedrager had, was wel verdwenen. Maar aangezien er slechts 1 weg loopt van Srinagar naar Leh was dit geen ramp. Ik was blij dat ik kon vertrekken. De weg werd er niet beter op. Het leek wel, of ik wat speling op het achterwiel kreeg. Geen tijd om te kijken, eerst terug naar het asfalt. Eindelijk op asfalt aangekomen. Hier waren weer soldaten, dit was veilig terrein. Voor mij tenminste. Richting Leh ging het nu, 450 km voor de boeg. Na 40 km keek ik eens naar mijn achterwiel. Maakte lawaai. En in de bochten zwabberde het soms. Het zag er niet goed uit, zeker 1.5 cm speling ter hoogte van de velg. Ik zat ergens tussen Kangan en Sumbal, ongeveer 50 km van Srinagar midden in de rijstvelden. Ik baalde, keerde de fiets en ging terug naar Srinagar. Ik checkte in op de Silver Jubilee en kreeg hulp van een biker, die op de boot naast me logeerde. Morgen opnieuw starten.

Dag 11

Doel: Sonamarg (84 km).
Opnieuw gestart, nu niet verdwaald. Mijn doel voor vandaag is ruim 80 km van Srinagar, vlak voor een pas. Het dorpje heet Sonamarg. Na 40 km word ik overvallen door een enorme moesson hoosbui. De weg veranderde van het ene op het andere moment in een soort rivier. Ik krijg een lift naar Sonamarg van een vrachtwagen. Kan me niet schelen, als het maar droog is. Bovendien had ik deze afstand de vorige dag ook al gefietst. De lift van de Indiase truck was perfect. Vuurtje stoken in de cabine en rijst met dal koken. En chapati's bakken. 's Nachts sliep ik in de laadbak op een lading veevoer. Knalhard.

Dag 12

Doel: Drass (63 km)
Wakker in Sonamarg, met een pas van 3200 m voor de boeg. De gevreesde Zoji-La. De bemanning van de indiase truck wil een rondje fietsen. Ik vind het best. Daarna haal ik wat eieren en wordt een onbijt gekookt. De Zoji-La pas is niet geasfalteerd. Ik ontmoet wat mede-fietsers bij een road-block. Niemand mag door, want de weg is verzakt en er wordt met dynamiet gewerkt. Wachten wachten wachten.
Ik drink thee met gestrande busreizigers, die hier al 1.5 dag vastzitten. De bus, die een paar honderd meter verderop staat, was kapot gegaan. Misschien komt er vandaag een andere bus,zo was hen verteld. Na ongeveer 3 uur wachten wordt de weg vrijgegeven. De pas is soms steil en af en toe moet ik afstappen. De dag is al bijna om als ik boven kom. Dan naar beneden racen op de Kwantum Ranger. Dat schiet lekker op, ik ben er ruim voor de medefietsers beneden aan de pas en check in in het Hill-View Hotel. Een bus met een dubbele lading passagiers stopt ook. Een aantal van hen zit op het dak. Ik herken een aantal passgiers, die ik eerder op de dag bij de gestrande bus zag. Er was dus inderdaad een andere bus gekomen, alleen was deze al vol toen de gestrande reizigers opgepikt werden. Blij dat ik op de fiets ben. Behalve rijst en linzen staat er vanavond niet veel op het menu. Dat lijkt me niet ongezond, dus dat eet ik maar.
De pas van vandaag, de Zoji-La zorgt er in de wijde omgeving voor, dat het gemotoriseerde verkeer in konvooi langs komt. De pas is namelijk zo smal, dat er geen twee vrachtwagens naast elkaar kunnen rijden. 's Ochtends komt het verkeer deze kant op, en om een uur of twaalf gaat het andersom. Het effect is, dat in de wijde omgeving het verkeer geconcentreerd langs komt, in ongeveer drie kwartier is de hele kolonne voorbij en dan is het de rest van de dag buitengewoon rustig op de weg.

Dag 13

Doel: Kargil(57 km)
Heel vroeg op , reisdoel is vandaag Kargil, halverwege Srinagar en Leh. Veel afdalen, dus flink racen!. Uitkijken is het devies. Een gekantelde truck met benzine verspreidt zijn lading deels in de rivier, deels over het alsfalt dat langzaam begint op te lossen. Laten ze gewoon liggen, bij ons heet zoiets een milieuramp. 5 km voor Kargil is de 'killer of the day', denk je dat je er bent, hebt alles losgegooid en dan gaat het in de bloedhitte nog even supersteil omhoog.
Achter de bergen aan de overkant van de rivier ligt Pakistan. Het is zo heet, dat je banden letterlijk in het asfalt zakken. Je plakt gewoon aan de weg. Het laatste stuk moet ik lopen, het gaat niet meer. De chauffeur van de truck die me eerder een lift naar Sonamarg had gegeven ziet me staan en rijdt luid toeterend op me af en stopt om dag te zeggen. Ik vraag of ze even tijd hebben om wat met me te drinken, maar ze hebben, zegt hij, reuze haast. De rit verloopt niet geheel volgens plan en ze zijn achter op het schema. Luid toeterend scheurt hij er weer vandoor. Het was een gezellige lift, die ik niet graag had willen missen.
In Kargil ontmoet ik later enige eerder tegengekomen fietsers en we maken er een gezellige avond van. In Kargil is er een 'feest' gaande, waarbij de moslim mannen zichzelf zo bloedig mogelijk trachten toe te takelen.

Het Indiase leger en de politie zijn prominent aanwezig.

Dag 14

Doel: Mulbekh(41 km)
Om 6 uur op, ik had gisteren met een Schotse collega-fietser afgesproken samen te fietsen. Ik houd hem niet bij. De klim vanuit Kargil is niet gering. Daarna gaat het wel, vlak met soms langdurige afdalingen. Het landschap verandert dramatisch,van groene valleien voor Kargil wordt het nu droog woestijnklimaat. Tijdens een rustpauze en een praatje met een dorpsbewoner hoor ik dat ik ongeveer een kwartier achter hem aan rijd. Dat valt dus alleszins mee. Behalve de klim vanuit Kargil een dag zonder al te veel inspanningen. Ik deel een kamer met de Schotse fietscollega, die met prima materiaal rijdt. Hij is vanuit HongKong tot hier gefietst, wordt gesponsord door een Schotse winkelketen en is op weg naar Londen. Hij vertelt vreselijke verhalen over het stuk dat hij in China heeft gefietst. Het hotel is tegenover de enorme buddha in Mulbekh. Kargil was de laatste moslim-plaats: vanaf daar is het boeddhistisch, Tibetaanse stijl. Een wat oudere Brit kijkt verbaasd naar mijn fiets. Hij is een hi-tech fietser. Ik vertel hem over de speling op het achterwiel. Morgen wil hij wel even kijken en indien mogelijk helpen. Vroeg naar bed, geen oog dichtgedaan vanwege bedbugs.

Dag 15

Doel: Lamayuru (66 km)
De speling op het achterwiel was inmiddels ernstig geworden. De Brit wilde helpen maar hij zag er niet veel heil meer in. Hij geloofde niet dat ik tot hier was gekomen met mijn Kwantum Ranger. Want daar fietst, moet deugdelijke spullen hebben, anders kan het niet, was zijn stelling.
Hij raadde me aan zo spoedig mogelijk terug te keren om mijn achteras te laten vervangen. Maar ik wilde door, maling aan de achteras. Wat zou nou een beetje speling? Als ik zo ver gekomen ben kom ik ook wel tot Leh.
Ik draai de lagerbouten wat strakker en ga op weg.

Vandaag is het reisdoel Lamayuru, 2 hoge passen te nemen. 1)=de Namika-La (3780), dan naar beneden racen en 2) de Fatu-La (4200).
Meteen na Mulbekh gaat het flink omhoog. Landschap wordt ruiger en ruiger, weg steiler en steiler. Af en toe lopen. Boven op de Namika-La pas ontmoet ik mijn snellere fiets-vrienden.

Ik ben niet de langzaamste want de Brit laat ik achter me, ondanks de speling. Daarna flink afdalen en een stuk vlak. Vervolgens weer omhoog. Ik ben als eerste op de top van de Fatu-La. Het is gaan regenen en ik geniet van de gastvrijheid van het Indiase leger: eten en drinken. Ik voel me eigenlijk al in Lamayuru, want van hieruit naar Lamayuru gaat het alleen maar naar beneden. Een kwestie van gedoseerde remtechniek. Zeer spectaculaire afdaling bij zonsondergang. Tot nu toe is het me prima afgegaan en ik rijd in extase naar beneden. Ik check in in een soort wegrestaurant met uitzicht op het boeddhistische klooster (gompa) van Lamayuru.

Dag 16

Rustdag in Lamayuru, gompa bekeken.

Dag 17.

Doel: Saspol (61 km)
Vroeg op, na Lamayuru klein stukje klimmen en vervolgens een zeer spectaculaire afdaling van ongeveer 40 km tot de oever van de Indus. Mijn Schotse ex-kamergenoot was in het bezit van een kilometerteller met maximumsnelheid functie. Die stond beneden aan de afdaling op 92 km/h. Ik was denk ik nog wat sneller, want hij had tassen voor en achter. Ik alleen een klein rugzakje, dus ik kon iets sneller afdalen. Ik moet er niet aan denken hier een valpartij mee te maken.

Na de afdaling blijf je rijden aan de oever van de Indus, dus niet al te veel klimmen. Onderweg gezien hoe van de weg gezwiepte trucks weer op de weg getakeld worden.

Een truck was van de weg geraakt, waarna takelwagen 1 had geprobeerd de truck eruit te takelen. Vervolgens moest takelwagen 2 komen om takelwagen 1, die tijdens het takelen van de truck ook was omgekieperd en naast de truck lag, er weer uit te takelen.
Vervolgens trachtten takelwagen 1 en takelwagen 2 samen de truck er uit te trekken. 's Avonds in Saspol aangekomen, rijst met linzen gegeten.

Dag 18.

Rustdag in Saspol, excursie naar Alchi gemaakt. Werd onderweg door kinderen met water natgegooid.

Dag 19

Doel: Nimmu (26 km).
Vanaf Sapol gaat het nu echt steil omhoog, geen afdalingen meer. De dorpjes worden steeds schaarser en de hitte is tussen 1 en 3 eigenlijk niet te harden. Dit is de zwaarste dag tot nu toe: het gaat alleen maar omhoog. Ik heb inmiddels ontstekingen aan mijn benen op gelopen, vermoedelijk door de bedbugs in Mulbekh. Ik moet er iets aan doen, want ik kan haast niet meer lopen. Fietsen gaat nog wel. Bekaf kom ik in de regen in Nimmu aan, waar ik mijn intrek neem in Norbo guesthouse, vlak bij de gompa van Nimmu. Mr. Norbo en zijn familie zijn buitengewoon charmant, 's avonds wordt er in de keuken gegeten door alle gasten. Rijst met linzen, de spinazie-variant. Mr. Norbo serveert bovendien gratis 'chang'-bier. De geur van het toilet staat voor de rest van mijn leven in m'n geheugen gegrift.

Dag 20.

Rustdag in Nimmu. Geprobeerd naar de gompa te lopen, maar dat ging echt niet meer. Veel op bed gelegen, smeerseltje gekregen van medereizigers. Penicillinezalf, leek wel wat te helpen. Morgen in Leh ga ik naar de apotheker om een penicilline kuur te halen. Er heerst een gezellige sfeer in Mr. Norbo's huis. De eerste nacht had ik in de keuken geslapen, maar vandaag verhuisde ik naar een kamer boven. Met mooi uitzicht over de vallei. Helaas voel ik me maar matig, vanwege de ontsteking.

Dag 21.

Doel: Leh (36 km).
Vanaf Nimmu eest een forse afdaling. Mijn eerste lekke band! Wilde een vrachtwagen passeren, zat er vlak achter..en ineens die kuil tussen zn achterwielen!. Ik reed er voluit in, zo'n gat in de weg, opgevuld met die kleine maar messcherpe steentjes. In de bloedhitte geplakt, een enorme scheur. Tot overmaat van ramp was mijn waterfles bij een flinke hobbel uit de houder geschoten. Na de afdaling was het Klimmen Klimmen en nog eens Klimmen. Dorst, en geen dorpjes. Gewoon doorgaan. M'n geplakte band liep vlak voor de top van de pas weer leeg. Lopen naar een controle post van het indiase leger. Ik kreeg een riante maaltijd, water en iemand die m'n band oppompte. Vanaf hier naar Leh alleen maar afdalen, vlak voor Leh nog een flinke klim.

Dat was het !

Epiloog.

Ik ben een paar dagen in Leh gebleven, heb een nieuwe binnenband gekocht, een penicilline kuur genomen en ben vervolgens naar Delhi teruggevlogen. Heb daarna nog wat in Rajahstan in de buurt van Agra en Pushkar gefietst.

Op de laatste dag, toen ik 's avonds terug zou vliegen, boekte ik de fiets als bagage in de trein van Mathura naar New Delhi. In Delhi aangekomen was de fiets nergens te bekennen. De station master wilde geen verklaring geven dat de fiets er niet was. 'Bicycle not in this train, but in next train. If not in next train maybe tomorrow..or day after tomorrow'.
Afijn, ik moest mijn vliegtuig halen en kon er niet op wachten...

De fiets zal wel aangekomen zijn, ik heb een kopie van het vervoerbewijs aan een van de reisbureau jongens op Main Bazar gegeven. Wellicht is hij erin geslaagd de fiets een dag of wat later van het station te halen. Dus als iemand nog eens in Delhi komt en ziet ergens een zwarte Kwantum Ranger met disco spikkels rijden, spreek dan de berijder aan en vertel hem dat hij niet op 'zomaar' een kwantum hallen fiets rijdt.


Terug naar de fietsenstalling
Aangemaakt op 31 augustus 1995
Een verhaal van Henk Vos
Bewerkt voor WWW door Michiel van Loon

[Hoofdmenu| Fietsenstalling| Wielerparcours| Discussiehoek| Mountain Biking| Gastenboek]
Fietspad langs de Digitale Snelweg 2.0
© 1995-2001 Michiel van Loon