De andere verhalen van Jan Boonstra:
Donghae-Pusan
Een rothond
Monsterrit door België en Nederland
Dunmarra
Trondheim-Oslo
Onyang
Het bergpaadje
Revanche
Van Inchon naar Pusan
Brandenburg
Oost Thailand
Water
De eerste dag in Japan
Door Denemarken
Voor het eerst in Korea
In de regen
De rivier door
Over de Oodnadatta Track.
Met de fiets op de trein
Het nachtleven van een toerfietser.
|
Over de Oodnadatta Track
Een verhaal van © Jan Boonstra.
Toen ik halverwege mijn dwars-door-Australië tocht (Darwin -
Melbourne) na drie weken een beetje uitgekeken was op het
eindeloze asfalt, besloot ik een andere route te kiezen en
dwars door de woestijn te trekken. Eigenlijk had ik daar de
goede fiets niet voor, niks geen ATB achtige hybride, maar
gewoon een toerfiets. In Alice Springs kocht ik wat zwaardere
banden en met wat extra tankjes kon ik 9 liter water meenemen,
genoeg voor twee dagen. Omdat het bijna winter was, zou dat
voldoende moeten zijn. Op 31 mei kwam ik aan in Marla. Van
daaruit ging de Oodnadatta Track in oostelijke richting de
Simpson Desert in. Ik had toen 700 km track (onverharde weg)
voor de kiezen. Hieronder volgt een uittreksel van mijn logboek.
1 juni 1994
Het fietsen over de Oodnadatta Track is erg zwaar. Het valt me
niet mee. Fiets en berijder worden continu door elkaar gerammeld.
Daardoor ging de bagage voorop schuiven en vanochtend
ben ik vaak gestopt om dat te verbeteren. Een paar maal moest
ik een stukje lopen omdat het te slecht was om te fietsen. Ook
slipte ik vaak door het losse grind. Op de goeie stukken kun
je 20 km/h rijden, maar meestal heb ik een snelheid van 12 à
15 km/h. Ik hoop dat de fiets het uithoudt, want die heeft
verschrikkelijk veel te verduren. Verkeer is er nauwelijks. Ik
ben de hele dag een stuk of vijf auto's tegengekomen. Zojuist
heb ik m'n tentje opgezet, op een heuveltje, 50 m van de weg.
Het wordt nu snel donker. Ik vraag mij af hoe ver de
dichtstbijzijnde mens op dit moment van mij weg is.
2 juni 1994
Ik heb uitstekend geslapen in m'n tentje. De wekker wekte me
om half zes en om half acht hobbelde ik weer over de track.
Het was niet koud vanochtend vroeg, 12 graden. Later op de dag
steeg de temperatuur tot 28 graden, behoorlijk heet dus. Na 10
km kreeg ik een lekke band. Verder was het een uitstekende rit
van 110 km: de track was over het algemeen veel beter dan gisteren.
Ik ben vandaag 4 auto's, 1 grader, 1 kangaroe, 10 koeien
en 12 paarden tegengekomen. Nu ben ik in Oodnadatta, de grootste
nederzetting op deze woestijnroute. En de eerste, sinds Marla.
M'n bagagedrager voorop is op diverse plaatsen gebroken. Vlak
voor Oodnadatta merkte ik het. Het hangt nu met touwtjes aan
elkaar. Morgen wordt een rustdag en dat is niet ongelukkig
gepland, gezien de te repareren bagagedrager. Verder wordt het
weer wasdag. Alles is bedekt met een film van rood stof. M'n
fiets ziet er uit als een professioneel woestijnvoertuig.
4 juni 1994 8h00
We gaan weer verder. De bagagedrager is gerepareerd en weer
gemonteerd. De fiets is al opgebouwd en ik wacht nu op m'n
ontbijt, de laatste stevige maaltijd voor 2 dagen woestijn. Ik
kan het niet helpen, maar ik ben nu toch veel nerveuzer dan
toen ik Marla verliet. De kwetsbaarheid van het materiaal
heeft me goed doen schrikken.
4 juni 1994 18h00
Na 100 kilometer ben ik gestopt. Toen werd het ook al bijna
donker. De tent staat 100 meter van de weg, tegen een klein
dijkje waar de vroegere spoorlijn naar Alice Springs over
liep. Ik zit nu naast de tent op een bank die ik gebouwd heb
van oude spoorbielzen. De fiets staat op het dijkje en de
fietslamp schijnt mij bij, want het is inmiddels donker. Het
is bewolkt! Bijna de hele dag hangt er een grijze lucht en er
staat een een beetje guur aandoende zuidenwind. Voor de zekerheid
heb ik over de belangrijkste tentharingen spoorbielzen
geplaatst. Je kan maar nooit weten wat het weer nog in petto
heeft vannacht.
De weg was erg zwaar vandaag. Heel veel zand. Ik heb kilometers
gelopen, de fiets door het zand zeulend. Ook waren er
stukken met heel veel stenen, soms moest ik dan ook lopen.
Verder heb ik extra m'n best gedaan om stenen te ontwijken
vanwege de zorg voor de fiets. Die fiets heeft zich vandaag
uitstekend gehouden. Ik ben vandaag wel 10 auto's tegengekomen.
Dat is nog niet meer dan gemiddeld 1 auto per uur, maar
voor mijn doen was het druk op de weg.
5 juni 1994
In de nacht begon het te regenen. Het regende niet hard, maar
het stopte ook nooit. Ik dacht nog dat het misschien een
voordeeltje zou zijn omdat het zand wat compacter zou worden,
maar het tegendeel zou blijken. Vol goede moed ging ik op weg
naar William Creek, in de regen. De eerste 10 km gingen nog
wel, maar toen kwam er meer klei in het wegdek en begonnen de
wielen klei te verzamelen, dat zich ophoopte tussen de spatborden,
vooral achter. Toen dat te erg werd, heb ik met een
ruk de fiets ontdaan van z'n achterspatbord. Het werd iets
beter en ik had nog steeds William Creek in m'n hoofd voor die
dag. Maar de regen verweekte het wegdek en het fietsen werd
erg zwaar. Het probleem met de klei werd nog veel groter; het
verzamelde zich nu vooral bij de trapperas en ook het voorwiel
zong een toontje mee. Op het laatst moest ik iedere tien
sekonden modder verwijderen, want de wielen liepen vast. Ik
had snel een besluit gemaakt: ik zou me laten oppikken door
een passerende auto. Verder fietsen was onmogelijk.
|